“Ja, meestal blijft wat het laatste gebeurd is het beste hangen dus hoe wij de competitie afgesloten hebben is natuurlijk formidabel. Maar totaal bezien kijk ik toch positief terug op die periode. De omgang, de goede relatie met de mensen van ASWH en de spelersgroep was erg prettig. Toen ik bij ASWH kwam moest ik de groep van Jack overnemen met daaraan gekoppeld de nodige problemen. De eerste weken waren dan ook niet de gemakkelijkste. Het nieuwe seizoen zijn we met 14 nieuwe spelers begonnen, dat is niet niks. En als ik zie wat deze jongens dit seizoen gebracht hebben neem ik daar toch mijn petje voor af. En niet alleen voor de jonge jongens die zich hebben ontwikkeld maar ook voor de ‘ouwe’ garde die ook ruimschoots aan het succes hebben bijgedragen. Met trots kijk ik ook terug op de rol van onze aanvoerder Jesper van den Bosch. Jesper is zeker niet de makkelijkste voor de mensen van ASWH, maar ik vind ook dat hij soms is ondergewaardeerd omdat het een beetje een lastpak is. Hij is tot op heden van ongelooflijke waarde geweest voor de club ASWH. Dat heeft hij ook bewezen. Hij heeft altijd de kar getrokken en heeft nooit verzaakt.”

Voor de aanvang van het seizoen hoopte je mee te kunnen draaien in de subtop. Maar met een 10e plaats in de 1e periode en een 12e plaats in de 2e periode leek het er op dat het seizoen kleurloos zou eindigen. Wat is er na die 2e periode gebeurd?

“Wat ik al heb gezegd, we hebben 14 spelers in moeten passen, er waren spelers bij die kwamen uit de 2e en 3e klasse. Die moesten ineens 3e divisie gaan spelen. Op een gegeven moment speelden we met vijf spelers van 19 jaar. Dat heeft tijd en aanpassingen nodig. Ondanks die 10e en 12e  plek hebben we in die periodes ook best wel aardige wedstrijden gespeeld. Maar in die periodes verloren we ook van De Dijk en Achilles ’29 en die nederlagen hebben ons het gehele verdere seizoen achtervolgd. Alle ploegen hebben wel hun punten behaald tegen deze tegenstanders en wij niet, hadden we dat wel gedaan dan hadden we met de bovenste meegedaan.”

Vertel jij het verhaal van de nacompetitie, hoe heb je dat zelf ervaren?

“Dat verhaal begint bij Eemdijk uit. Iedereen was zo bezig om die 3e periode te winnen en zo gefocust om van Eemdijk te winnen. Maar we verloren daar met 1-0. We waren na afloop van de wedstrijd aardig gefrustreerd waardoor de emoties hoog opliepen. Daar hebben we over gesproken en hebben gezegd, wat er ook gebeurt, het kan zijn dat het over is maar het kan niet zo zijn dat we het seizoen als een nachtkaars uit laten gaan. Wat we gaan doen is voor de volle honderd procent verder gaan. En mocht Quick Boys iets laten liggen dan gaan we het never nooit meer uit handen geven. Dat is gebeurd. Dus vanaf dat moment is de eindsprint ingezet. Met als gevolg hoge uitslagen, uit 4-0 bij VVOG en thuis 4-1 tegen Achilles. Omdat Quick Boys punten verloor konden we thuis tegen SJC de 3e periodetitel pakken. We gingen dus met een groot zelfvertrouwen de nacompetitie in. Ik vind het zaterdagvoetbal over het algemeen beter dan het zondagvoetbal maar wij hadden wel de pech om een van de sterkste zondagclubs te loten voor de eerste ronde van de nacompetitie. Dat was OFC. Dus ik heb de jongens daar wel op voorbereid. We misten Peter Verhoeve al, maar de spelers die half fit waren, heb ik in overleg met de medische staf een programma laten doen zodat ze ook konden aanhaken. Per speler hebben we dit bekeken. Een zo hebben we de puzzel gemaakt waarin alles op zijn plek viel. Tegen OFC begonnen wij de eerste 25 minuten heel goed. Dat heeft ons gered. Wel grappig is dat een trainer altijd zegt dat iedere speler belangrijk is. En dat bleek ook nu wel weer. Spelers die in het seizoen een bijrol vervulden speelden in de nacompetitie een hoofdrol. Stefan Kok pakte thuis een beslissende penalty tegen OFC waardoor we de wedstrijd met 2-1 winnen. Nick Slotboom, veel gewisseld maar nooit mopperend, die altijd zijn best heeft gedaan schiet de gelijkmaker binnen bij OFC uit en Sam van de Kreeke schiet de beslissende er in bij FC Lienden. Lars Bosscha zwaar geblesseerd geweest, Mels van Driel ook een tijd geblesseerd geweest, maar zij stonden er toen het echt nodig was. Zo heeft iedereen zijn rol gehad, ook de fitte spelers. Ik zou hem bijna vergeten maar Menno Vooges, drie maanden zwaar geblesseerd geweest, maar ook hij stond er en niet tegen de minste spitsen.”

Maar ging je niet met het nodige lood in je schoenen naar OFC toe?

“Nee, dat niet. Dat het zwaar zou worden wisten we maar we hadden wel een ander plan van aanpak. Het was voorspelbaar dat zij ons met lange ballen zouden gaan bestoken. Vanaf de aftrap gingen ze gelijk vol gas om ons onder druk te zetten. Dus wij hebben gekozen om een zeer aanvallend ASWH daar tegenover te zetten. Dat hadden zij niet verwacht. Zij hadden verwacht dat wij achterover zouden leunen. Als we dat gedaan hadden, hadden wij verloren. Nu hebben wij er voor gezorgd dat zij niet de lange bal konden spelen. Kijk ze komen met 2-0 voor maar dat kwam niet door hun speelwijze maar dat kwam door persoonlijke fouten van ons. Tegen alle verhoudingen in komen we daar met 2-0 achter. En het feit dat we nog vrij gemakkelijk de 2-2 binnen loodsen bewijst dat het vertrouwen van ons team heel groot was. Wij hebben ons geen zorgen gemaakt over die uitwedstrijd. We wisten dat we conditioneel beter waren, dat was duidelijk te zien in de eindfase van die wedstrijd. OFC liep naar achteren, dien konden niet meer. Wij waren nog fris en fruitig. Nick Slotboom dacht er niet over te moeten gaan verlengen en schoot kort voor tijd de gelijkmaker binnen. Het elftal wist donders goed waar het mee bezig was. Ja, kijk tijdens de thuiswedstrijd tegen OFC kwamen we goed weg, dat was een wonder.”

En toen kwam FC Lienden, wat wist je daarvan?

“Van die club wist ik eigenlijk alles al. FC Lienden was een beetje vergelijkbaar in slimheid en ervaring met OFC. Zij kwamen uit de 2e divisie en wisten hoe het spelletje gespeeld moest worden. Zij ontbeerden echter de kwaliteiten van OFC. Wij moesten voetballend het verschil maken. Thuis hebben wij dat zeker gedaan, maar ja, hoe onrechtvaardig kan voetbal soms zijn. Het voordeel van de nacompetitie is gelukkig dat je thuis en uit speelt. Je staat achter met 1-0 maar je hebt nog 90 minuten om de boel om te buigen. We hebben toen ook gezien dat we kwalitatief veel beter waren dan Lienden, ja dan ben je zo dicht bij de promotie. Dat heb ik de jongens ook voorgehouden, deze kans krijg je maar één keer in je leven. Ik moet wel zeggen, we hebben de eerste helft bij Lienden geweldig gespeeld, alleen hebben we het verschil niet uitgedrukt in doelpunten. Daardoor bleef Lienden in leven maar ik had nog steeds geen hoge pet op van deze tegenstander. Wat je wel merkte dat deze vier wedstrijden in twee weken een hele krachttoer was voor de spelers. Het was ook warm en dan ook nog die busreizen. Spelers die drie maanden niet gevoetbald hebben moesten ineens vol aan de bak. Dus de vraag die ik mij regelmatig stelde was, houden de spelers het vol? Nou ik denk dat wij dat goed gedaan hebben en mijn complimenten gaat dan ook naar alles en iedereen. Het bereiken van de 2e divisie is een echte teamprestatie geweest.”

“Mijn trainersloopbaan kenmerkt zich door promoties en kampioenschappen. Dus ik ben wel wat gewend. Maar na afloop bij FC Lienden had ik toch wel een brandend gevoel in mijn ogen. Kijk het voordeel als je kampioen wordt, dan weet je vaak van te voren dan en dan gebeurt het. Kijk naar Noordwijk, dat was aftellen. Maar bij een nacompetitie moet je met zo’n zwaar programma jezelf elke keer weer opladen omdat het zomaar afgelopen kan zijn. En dat vond ik het knappe van dit team, we hebben best veel kritiek gehad van veel mensen, zowel terechte als onterechte kritiek. Terechte kritiek waren de verloren wedstrijden tegen Achilles ’29 uit en De Dijk thuis, maar ik vind ook, we spelen niet in een Mickey Mouse competitie. We verloren ook thuis van Harkemase Boys dat was gewoon een goed elftal. Kijk, we moesten nou eenmaal terug in budget, we hebben jonge spelers in moeten passen. Daar moeten mensen ook aan denken. Het kan heus niet zomaar zijn dat ASWH op basis van hun naam om de vierde, vijfde plaats speelt. Zo werkt dat niet. We hebben van te voren een doelstelling aangegeven en die hebben we ruimschoots gehaald. We moesten beter presteren dan de 11e plaats, we moesten beter presteren in de KNVB beker en hebben dat ook goed gedaan. We hebben een mooie wedstrijd gespeeld tegen FC Utrecht in Galgenwaard met gedurfd voetbal.”

Denk jij dat ASWH mee kan in de 2e divisie?

“Ja, dat denk ik wel maar, en dat heb ik ook voor de promotie gezegd, ik vind wel dat het een aderlating is dat Peter Verhoeve vertrokken is. En daar zal wel een goed iemand voor terug moeten komen. Het is ook bekend dat ik het gehele jaar gepuzzeld heb met de voorhoede. Ismail was min of meer onomstreden maar wie naast hem speelde was elke week weer een verrassing. Dus ook voorin zal er wat moeten gebeuren.”

Promoveren met ASWH betekent ook dat je een gelukkige trainer bent?

“Ja, dat ben ik ook. Maar het is ook erg zwaar geweest. Toch wel veel kritiek gehad maar mensen weten niet  altijd waarmee je mee bezig bent en hoe lastig het soms is. Ik had eigenlijk wel op iets meer support gerekend. Weet je, een prestatie gaat met vallen en opstaan, het is geen geplaveide weg.”

Maar kritiek op een trainer is toch normaal bij een club?  

“Ja dat is zo maar ik denk dan, kom een keer bij de training kijken  dan weet je waar je het over hebt. Dan kun je ook zien wat de spelers er allemaal voor doen. Ik vond het werken met de groep geweldig. De groep stak goed in elkaar en nogmaals, Jesper van den Bosch was verschrikkelijk belangrijk maar ook de jonge jongens hebben zich goed ontwikkeld.”

Nog een slotopmerking?

“De afdronk is voor mij na anderhalf jaar positief. Ik heb met prettige mensen samengewerkt, een goeie prestatie geleverd en ik kan met een goed gevoel terugkijken op mijn periode bij ASWH. Als ik in de buurt ben kan ik ook zonder schaamte en met een glimlach op mijn gezicht binnen komen lopen.”

Namens ASWH wens ik Cesco veel goeds toe bij zijn nieuwe club SDC Putten.

Door Gerrit Scheurwater