Met ingang van dit seizoen heeft ASWH een nieuwe Hoofd Jeugdopleiding Bovenbouw: Bryan Tjon A Fon. Zijn naam klinkt tropisch en fraai, en zijn achtergrond is dat ook. Bryan werd 54 jaar geleden geboren in het district Marowijne, in Suriname. Hij is vader van een dochter en een bonuszoon en al jaren gelukkig met zijn vrouw. Samen wonen zij in Rotterdam, waar Bryan al sinds zijn tweede levensjaar woont, nadat hij met het gezin van zijn ouders en vijf kinderen naar Nederland verhuisde.
Bryan begon zijn voetbalcarrière op twaalfjarige leeftijd bij EDS, destijds spelend in de Spaanse Polder. Later fuseerde de club met AVS Germinal en werd zo RVV AGE. Als C-junior werd hij opgepikt door SVV uit Schiedam. Daar schopte hij het tot de landelijke jeugdteams met spelers als Dean Gorré, Winston Bogarde en Maarten Atmodikoro. Hij stond zelfs op de drempel van het eerste elftal, dat toen in de Eerste Divisie speelde. Helaas gooiden hardnekkige spierblessures roet in het eten en bleven zijn ambities om profvoetballer te worden onvervuld.
Na zijn periode bij SVV keerde Bryan terug naar EDS, waarna hij een jaar later overstapte naar Xerxes op Zestienhoven. Twee jaar daarna maakte hij de move naar Zwart Wit ’28, waar hij vijf seizoenen in de hoofdklasse van het zaterdagvoetbal actief was. Daar kwam hij ook voor het eerst in aanraking met ASWH, destijds als tegenstander.
Mijn trainersloopbaan begon eigenlijk direct na mijn actieve voetbalperiode bij Zwart Wit ’28. Toen ik daar stopte met voetballen, kreeg ik de kans om trainer te worden bij de landelijke A-jeugd van diezelfde club. Dat was mijn eerste échte stap in het trainersvak. Twee jaar lang heb ik daar met veel passie gewerkt, maar ik wilde meer ervaring opdoen en ben vervolgens naar HOV gegaan, ook voor de landelijke jeugd. Dat bleek geen ideale match; de samenwerking liep stroef en na één seizoen had ik besloten daar te vertrekken.
Daarna kwam ik terecht bij XerxesDZB. Dat is echt een bepalende periode in mijn ontwikkeling geweest. De eerste tien jaar vervulde ik de rol van hoofd jeugdopleiding. In die tijd heb ik de jeugdopleiding gestructureerd en meegebouwd aan een duidelijke visie op opleiden. Vervolgens kreeg ik de kans om trainer te worden van het tweede elftal. In twee jaar tijd beleefde ik daar iets bijzonders: we promoveerden van de reserve eerste klasse naar de reserve hoofdklasse. Dat zijn momenten die je bijblijven, omdat je ziet dat je werkwijze en aanpak vruchten afwerpen. De laatste twee jaar bij XerxesDZB was ik actief als analist van het eerste elftal. Alles bij elkaar heb ik vijftien jaar bij deze prachtige Rotterdamse club mogen werken, waarin ik vrijwel alle facetten van het trainersvak heb meegemaakt: van jeugdopleiding en teamtraining tot analyses en ondersteuning van het eerste.
Na die lange periode kwam ik op een kruispunt in mijn carrière. Ik vroeg mezelf af: wil ik de stap zetten naar het trainen van een eerste elftal op eerste- of hoofdklasse niveau, of ga ik investeren in mezelf door mijn TC1-diploma te halen, of kies ik een totaal andere richting? Uiteindelijk besloot ik trainer te worden van Rotterdam United, voorheen bekend als JHR. Daar heb ik twaalf jaar gewerkt in verschillende rollen. Drie jaar als hoofdtrainer van het eerste elftal, dat in de tweede en derde klasse speelde. Daarna drie jaar als hoofd jeugdopleiding, om vervolgens opnieuw drie jaar het eerste elftal te leiden. En opnieuw keerde ik terug als hoofd jeugdopleiding voor een periode van drie jaar. Bij Rotterdam United hebben we samen met de staf en de jeugdtrainers iets moois neergezet: onze jeugdopleiding behoorde op een gegeven moment tot de top 100 van Nederland. Daar kijk ik met ontzettend veel trots op terug. Het laat zien dat je met de juiste visie, structuur en begeleiding, ook bij een amateurclub, een opleidingsklimaat kunt creëren dat landelijke erkenning krijgt.
Na twaalf mooie en intensieve jaren viel mijn oog op een advertentie van ASWH, waar men op zoek was naar een hoofd jeugdopleiding Bovenbouw. Dat sprak me meteen aan: een grote en ambitieuze club, met duidelijke normen en waarden en een rijke traditie. Ik heb gesolliciteerd en na gesprekken met onder andere jeugdvoorzitter Marnix Somers was het raak. Ik voelde meteen dat dit een omgeving was waar ik mijn ervaring en visie verder kon inzetten. Inmiddels ben ik een trots onderdeel van deze vereniging, en met de intentie om ook hier weer voor langere tijd mijn bijdrage te leveren. Dat past ook wel bij mijn karakter; ik ben iemand die zich langdurig committeert en me graag volledig inzet voor de ontwikkeling van spelers en trainers.
Bij ASWH heb ik een duidelijke opdracht meegekregen: talentontwikkeling en trainersontwikkeling staan centraal, samen met het bewaken van de normen, waarden en cultuur van de club. We willen onze teams in de A-categorie laten doorgroeien naar divisieniveau en zorgen dat de beste spelers kunnen doorstromen naar O23 en uiteindelijk het eerste elftal. Daarbij is het mijn taak om ervoor te zorgen dat de aansluiting tussen onderbouw en bovenbouw zo klein mogelijk is. Dat vraagt om een eenduidige structuur: als het eerste team van een leeftijdsgroep divisie speelt, moet het tweede team van diezelfde categorie minimaal eerste- of hoofdklasse spelen. Zo versterken de selecties elkaar en blijft het niveau hoog.
Een ander belangrijk aspect is de relatie met de jeugd en hun omgeving. We weten dat er maatschappelijk veel speelt en dat jongeren vaak onder druk staan. Binnen ASWH zetten we daarom sterk in op positief coachen, persoonlijke aandacht en het bouwen van vertrouwen. We willen elke speler leren kennen, zowel als voetballer als persoon. Als je die relatie goed hebt, kun je spelers begeleiden, motiveren en helpen om ook buiten het veld sterker te worden. Daarnaast waken we streng over gedragsnormen. Er zijn duidelijke protocollen, een vertrouwenscommissie en vertrouwenscontactpersonen. Problemen kunnen altijd ontstaan, maar met een goed beleid en betrokken mensen kun je veel escalaties voorkomen.
Daarnaast besteed ik veel aandacht aan de trainers. Zij zijn de spil van de jeugdopleiding en verdienen ondersteuning en begeleiding. We organiseren daarom regelmatig trainersbijeenkomsten, waarin we ervaringen delen, knelpunten bespreken en samen nadenken over verbeteringen. Voor mij is het belangrijk dat trainers zich gesteund voelen en weten dat ze altijd bij mij terecht kunnen. Een voorbeeld is de bijeenkomst die we in september organiseerden, waarbij veertien selectie trainers aanwezig waren. Daar hebben we niet alleen de voorbereiding geëvalueerd, maar ook gesproken over kernwaarden als intensiteit, een eenduidige speelstijl en samenwerking. Dit soort bijeenkomsten versterken het teamgevoel onder trainers en zorgen voor een gezamenlijke visie.
Wat betreft de eenduidigheid in spelopvatting, streven we ernaar om een rode draad te creëren die loopt van de pupillen tot en met O19 en daarop volgende O23 en het eerste elftal. Dat betekent dat we kaders vastleggen: hoe willen we spelen, wat verwachten we van spelers per leeftijdsfase en hoe zorgen we dat teams herkenbaar zijn in hun manier van voetballen. Daarbij kijken we niet alleen naar de selecties, maar ook naar de breedte, want die maken net zo goed deel uit van de opleiding.
De onderbouw heeft bij ons een aparte structuur. Met twee coördinatoren, Jeroen en Thomas, en per leeftijdsgroep coördinator en een technisch coördinator (THeO), zorgen we dat elke lijn persoonlijke aandacht krijgt. Zelf ben ik eindverantwoordelijk voor de O13 tot en met O19, maar door het nauwe contact met Jeroen en Thomas is er een continue afstemming tussen onderbouw en bovenbouw. Zo waarborgen we dat ons beleid clubbreed wordt uitgevoerd en dat er geen gaten vallen in de opleiding.
Natuurlijk heb je ook te maken met ouders. Bij veel clubs levert dat vaak spanningen op, maar bij ASWH valt dat gelukkig erg mee. Ouders willen vooral duidelijkheid: waarom staat mijn kind wel of niet in de selectie, of mag mijn zoon eens meetrainen met een hoger team? Als je open en eerlijk antwoord geeft, blijft het contact goed. Mijn ervaring hier is dat ouders zich betrokken voelen, maar ook het beleid van de club respecteren.
Al met al ben ik vrijwel de hele week aanwezig bij ASWH, behalve op vrijdag en zondag. Dat vind ik in deze fase noodzakelijk: zichtbaar zijn, aanspreekbaar zijn en feeling houden met alles wat er gebeurt. Het geeft me energie om te zien hoe spelers, trainers en ouders samen bouwen aan iets moois. Ik doe dit werk met ontzettend veel plezier en voel dat er bij ASWH echt de basis ligt om de komende jaren samen mooie stappen te zetten.
Gerrit Scheurwater